Het ministerie van Infrastructuur en Milieu trekt tot eind 2017 € 3 miljoen uit om gedupeerde grondeigenaren en gemeenten te helpen met het opruimen van gedumpt drugsafval. Met een convenant dat op 3 december is getekend, maakt het ministerie afspraken met de provincies hoe zij dat geld gaan verdelen onder gedupeerden. In het convenant staat ook dat provincie Brabant een loket inricht waar gemeenten en grondeigenaren hun aanvraag voor medebetaling kunnen doen.
Staatssecretaris Dijksma (Infrastructuur en Milieu): ‘Drugscriminelen maken enorme winsten, maar zadelen gemeenten en grondeigenaren zoals boeren en natuurbeheerders op met de opruimkosten voor hun chemisch afval. Hier moet een eind aan komen. Er wordt aan gewerkt door provincies, gemeenten en politie, maar het vraagt een lange adem en ondertussen gaan de dumpingen door. Vandaar dat ik samen met de provincies ga bijdragen aan het opruimen van dit giftige afval.’
Veruit de meeste drugsdumpingen vinden plaats in de provincie Noord-Brabant, maar ook in Limburg is de problematiek groot. Andere provincies krijgen er steeds vaker mee te maken. Eigenlijk moeten de opruimkosten worden verhaald op de daders, maar die zijn meestal lastig op te sporen. Het Openbaar Ministerie bekijkt wat de juridische mogelijkheden zijn om de kosten te gaan verhalen op de exploitanten van drugslaboratoria of dumpers van het afval.
Het convenant is opgesteld na een amendement dat door de Tweede Kamerleden Cegerek en Dijkstra in 2014 werd ingediend. Daarin werd het kabinet opgeroepen om de problematiek rond drugsafval aan te pakken.