Natuurmonumenten en vissers slaan de handen ineen voor de otter

foto: Wikipedia
foto: Wikipedia

De terugkomst van de otter in het Nieuwkoopse Plassengebied heeft een unieke samenwerking tot stand gebracht tussen de vissers en Natuurmonumenten. Op dit moment wordt direct actie ondernomen om de otter veilig te stellen van verdrinking in palingfuiken.

 


Verkleinen instroomopening van fuik

Het risico op verdrinking van de otter in een palingfuik (of verstrikt raken in een muskusrattenval of -klem) is aanwezig. Om te voorkomen dat de otter in een van de fuiken terecht komt en verdrinkt, heeft Natuurmonumenten als grootste gebiedsbeheerder van de Nieuwkoopse Plassen met de vissers afspraken gemaakt. De vissers gaan iedere fuik voorzien van een verkleining van de instroomopening. Hierdoor kan de aal nog wel de fuik inzwemmen en de otter niet meer.

Palingvisserij in de Nieuwkoopse Plassen

In de Nieuwkoopse Plassen wordt beroepsmatig gevist op paling die vooral lokaal wordt verkocht. De visserij is in beheer bij de Coöperatieve Vissersvereniging Nieuwkoop Noorden. De bij de coöperatie aangesloten vissers dragen een deel van de inkomsten af aan de coöperatie waarmee jaarlijks jonge aal (pootaal of glasaal) wordt uitgezet, zodat de palingvisserij op een duurzame wijze wordt beoefend.

Meer werk te doen

Natuurmonumenten is heel blij met de positieve houding van de vissers. Hieruit blijkt dat ook voor hen de otter welkom is! Hoewel hiermee verdrinkingsgevaar voor de otter verkleind is, blijft het grootste risico het verkeer. De laatste otter van de Nieuwkoopse Plassen is ook doodgereden in 1976. Sinds die tijd de verkeersintensiteit alleen maar toegenomen. Natuurmonumenten zet zich in om kleine wildtunnels te realiseren rondom het plassengebied zodat de otters op een veilige manier hun weg naar de Nieuwkoopse Plassen kunnen vinden.

Om te zorgen dat er een levensvatbare populatie otters ontstaat, is het ook van groot belang om het beleid van vergroten en verbinden van natuurgebieden voort te zetten. Het Nationale Natuurnetwerk (voorheen de Ecologische Hoofdstructuur) is nog niet af. Een otter heeft een groot aaneengesloten leefgebied nodig, met schoon en visrijk water en rustgebieden. Een gebied waarin hij over grotere afstanden kan jagen, zwerven en trekken.

verdrinking in palingfuiken.


Verkleinen instroomopening van fuik

Het risico op verdrinking van de otter in een palingfuik (of verstrikt raken in een muskusrattenval of -klem) is aanwezig. Om te voorkomen dat de otter in een van de fuiken terecht komt en verdrinkt, heeft Natuurmonumenten als grootste gebiedsbeheerder van de Nieuwkoopse Plassen met de vissers afspraken gemaakt. De vissers gaan iedere fuik voorzien van een verkleining van de instroomopening. Hierdoor kan de aal nog wel de fuik inzwemmen en de otter niet meer.

Palingvisserij in de Nieuwkoopse Plassen

In de Nieuwkoopse Plassen wordt beroepsmatig gevist op paling die vooral lokaal wordt verkocht. De visserij is in beheer bij de Coöperatieve Vissersvereniging Nieuwkoop Noorden. De bij de coöperatie aangesloten vissers dragen een deel van de inkomsten af aan de coöperatie waarmee jaarlijks jonge aal (pootaal of glasaal) wordt uitgezet, zodat de palingvisserij op een duurzame wijze wordt beoefend.

Meer werk te doen

Natuurmonumenten is heel blij met de positieve houding van de vissers. Hieruit blijkt dat ook voor hen de otter welkom is! Hoewel hiermee verdrinkingsgevaar voor de otter verkleind is, blijft het grootste risico het verkeer. De laatste otter van de Nieuwkoopse Plassen is ook doodgereden in 1976. Sinds die tijd de verkeersintensiteit alleen maar toegenomen. Natuurmonumenten zet zich in om kleine wildtunnels te realiseren rondom het plassengebied zodat de otters op een veilige manier hun weg naar de Nieuwkoopse Plassen kunnen vinden.

Om te zorgen dat er een levensvatbare populatie otters ontstaat, is het ook van groot belang om het beleid van vergroten en verbinden van natuurgebieden voort te zetten. Het Nationale Natuurnetwerk (voorheen de Ecologische Hoofdstructuur) is nog niet af. Een otter heeft een groot aaneengesloten leefgebied nodig, met schoon en visrijk water en rustgebieden. Een gebied waarin hij over grotere afstanden kan jagen, zwerven en trekken.