’s Gravenhage, 24 februari 2011 – Per 1 maart a.s. is er weer een nieuwe uitbreiding van de feiten die onder de Wet OM-afdoening vallen. Boa’s kunnen vanaf die datum ook voor de ‘*-feiten’ een kennisgeving van bekeuring uitschrijven, die leidt tot een strafbeschikking. Verder gaat de strafbeschikking ook gelden voor minderjarigen, militairen en bij zaken waarbij sprake is van beslag.
Ook voor *-feiten geldt nu de strafbeschikking – Op 1 maart a.s. is de volgende uitbreiding van de reikwijdte van de Wet OM-afdoening. Vanaf deze datum worden meer feiten afgedaan met een strafbeschikking. Ook kunnen minderjarigen en militairen een strafbeschikking ontvangen. Voor welke buitengewoon opsporingsambtenaren (BOA’s) gaat er iets veranderen? Het gaat om opsporingsambtenaren in dienst van politie, gemeenten en overige opsporingsinstanties. Voorbeelden hiervan zijn onder andere een visserijcontroleur, een boswachter, een natuurwachter, en treinconducteur of een controleur van een busmaatschappij.
Wat verandert er per 1 maart 2011?
*-feiten
In vervolg op het feit ‘rijden onder invloed’ en de p-feiten die worden afgedaan met een politiestrafbeschikking, worden per 1 maart a.s. de zogenoemde *-feiten uit het Feitenboekje (‘Lijst van feiten betreffende misdrijven, overtredingen en Muldergedragingen’) onder de werking van de OM-afdoening gebracht. De *-feiten zijn te herkennen aan het sterretje dat in de eerste kolom van het feitenboekje staat. Voorbeelden hiervan zijn feitcode D517, ‘het niet kunnen voldoen aan de verplichting een identificatiebewijs te tonen’ en D505, ‘het plegen van baldadigheid’.
Dit betekent dat buitengewoon opsporingsambtenaren vanaf 1 maart ook voor deze *-feiten een kennisgeving van bekeuring kunnen opmaken. Eerst leidde een combibon met een *-feit na beoordeling door de Officier van Justitie eventueel tot een transactie-voorstel. Vanaf 1 maart leidt de kennisgeving van bekeuring eventueel tot een OM-strafbeschikking. In het geval van een *-feit vermeldt de opsporingsambtenaar op de bon dat het een kennisgeving van bekeuring betreft en vult vervolgens geen bedrag in op de combibon. De officier van justitie beslist of er een strafbeschikking wordt uitgevaardigd en wat de hoogte van de geldboete is.
Belangrijke uitzonderingen zijn overtredingen die op kenteken zijn geconstateerd. Deze worden vooralsnog als transactie afgedaan.
Minderjarigen en militairen – Vanaf 1 maart is het ook mogelijk een strafbeschikking uit te vaardigen aan een minderjarige verdachte. Dit geldt alleen voor de zaakstromen die vanaf die datum onder de wet OM-afdoening vallen: de p-feiten (politiestrafbeschikking) de overlastfeiten (bestuurlijke strafbeschikking) en de hierboven genoemde *-feiten (OM-strafbeschikking). Een minderjarige is in dit geval iemand in de leeftijd van 12 tot 18 jaar. Bij jongeren van 12 tot en met 15 jaar wordt het in het feitenboekje aangegeven bedrag gehalveerd. (In verband met de afronding van bedragen moet het geldbedrag niet op de combibon vermeld worden). Voor 16- en 17-jarigen geldt het volledige bedrag. Een belangrijk verschil met volwassenen is dat bij een minderjarige niet alleen de bestrafte een strafbeschikking ontvangt, maar ook zijn of haar ouders / verzorgers een kopie krijgen toegestuurd. Vanaf 1 maart geldt de strafbeschikking ook voor militairen die een feit hebben gepleegd dat onder de reikwijdte van de OM-afdoening valt.
Zaken met beslag – Met ingang van 1 maart a.s. is het ook mogelijk strafbeschikkingen aan te leveren waarin sprake is van beslag. Wettelijk gezien moet de beslissing omtrent beslag zoveel mogelijk genomen worden door een (hulp)officier van justitie. Ook moet een kennisgeving van inbeslagname (KvI) worden opgemaakt en toegevoegd aan het proces-verbaal. Er zijn twee mogelijkheden bij beslag: het aanleveren van zaken zonder indicatie beslag en het aanleveren van zaken met indicatie beslag. In het ene geval heeft de hulpofficier van justitie wel een juridische eindbeslissing over de goederen genomen, in het andere geval nog niet. Het is aan te raden hierover duidelijke afspraken te maken met de politie.
Verzet en kwaliteit van de combi-bon Gemeenten leveren alle zaken die vallen onder de Wet OM-afdoening rechtstreeks aan bij het CJIB. De overige BOA-werkgevers leveren hun zaken vooralsnog via de politie aan bij het CJIB. Bestraften die het niet eens zijn met de OM-strafbeschikking kunnen (net als bij de bestuurlijke strafbeschikking en de politiestrafbeschikking) verzet doen bij het OM. Als er verzet is gedaan of als de bestrafte de geldboete niet betaalt, moet er een uitgebreid proces-verbaal worden opgemaakt. Hiervoor is het belangrijk dat de combibon volledig is ingevuld en voldoende inhoudelijk bewijs bevat. Ook moet de combibon ondertekend zijn en een juiste strafbaarstelling bevatten. Bij onvolledige of onjuiste combibonnen moet het OM de strafbeschikking intrekken. Een goede controle van de combibon vóór verzending naar het CJIB is dus essentieel. Het is belangrijk dat handhavingsorganisaties goede afspraken maken met de politie en de gemeenten in het bewakingsgebied, zodat er een eenduidig handhavingsbeleid tot stand komt. Er zijn immers meerdere opsporings- en handhavingsinstanties tegelijk in hetzelfde gebied actief.
De wet OM-afdoening – Het doel van de wet OM-afdoening is een efficiëntere rechtshandhaving met als hoger doel Nederland veiliger maken. Met de invoering van deze wet is een deel van de zaken die eerst door de rechter werden gedaan, bij het OM komen te liggen. Het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) draagt zorg voor de verzending van de strafbeschikking en het innen van de geldboete. De hele strafrechtsketen profiteert van de invoering van de wet. Immers, wat op de allereenvoudigste zaken kan worden bespaard, komt ten goede aan de behandeling van grote en gecompliceerde strafzaken.
Meer informatie: Nadere informatie is te verkrijgen bij de centrale verwerkingseenheid van het regionale politiekorps dat het toezicht heeft op de BOA. Op de websites van het C.J.I.B. en het O.M. vindt u meer informatie over de wet OM-afdoening en de strafbeschikking.